dinsdag 30 augustus 2011

Het is weer dinsdag

Zo, ik zei toch dat ik het misschien weg zou halen. Ik vond het stom zijn, heel stom zijn.


Mijn gedachten moeten stoppen met moeilijk doen. Ik denk dat mijn gedachten nog ingewikkelder zijn dan een Natuurkunde tentamen: onmogelijk dus. Ik moet stoppen met denken aan toen, iets wat ik me maar al te goed besef, maar wat mijn gedachten niet willen beseffen. Waarom niet? Ik vertel jullie duidelijk dat ik er klaar mee ben, dat ik niet meer wil denken aan dat wat is gebeurd. Dat ik vooruit wil kijken naar wat het leven te bieden heeft. Maar ik kan het niet. Bij elk dingetje denk ik eraan. Het is lastig. Heel lastig. En als je dan na een lange dag eenmaal in bed ligt komt die duizelingwekkende gedachtenstroom weer. Het treitert je, het pest je, het knaagt aan je. Maar niets, helemaal niets is er dat je kan doen om je gedachten stil te zetten.
Misschien dat ik een boek ga schrijven: Hoe-overleef-ik-mijn-gedachten. De conclusie?! Rooz is booz. (voor de Hoe overleef ik kenners) Er is geen manier om het te overleven, uiteindelijk ga je er aan onderdoor. Of niet, maar dat is niet leuk in dit depressieve verhaaltje.
Ik zie geen uitweg meer in mijn denken. Het lijkt net alsof er een knoop aan het eind van mijn gedachtentunnel zit. Een blokkade. Telkens als mijn gedachten wegkruipen van jou, komt het bij de blokkade en is het gedwongen weer terug te gaan.

Ik kijk uit naar het moment dat de knoop in mijn gedachtengang zich zal ontvouwen en de realiteit zal overeenkomen met mijn dromen.




Geen opmerkingen: