zaterdag 27 augustus 2011

Circus


In het circus van mijn dromen dans ik in fletse jurkjes en tem tijgers met een gouden zweepje. Ik ben een slangenmens en kan toveren met een hoelahoep. De wereld kan ik op mijn heupen laten wiegen, met soepele ronddraaiende bewegingen, opgevoerd door het geklap. En ik zing liedjes met de clowns en laat de zonnetjes op mijn wangen vervagen door grote stukken slagroomtaart.

De rood-witte tent glimt als hij in de zon staat, ook als het giet. En ik schijn in de zon ook als het pijpenstelen regent en de tent begint te lekken. Waarschijnlijk omdat ik verliefd ben op de acrobaat die me op en neer slingert aan zijn armen en me de wereld op zijn kop laat zien. Hij zegt dat hij nog nooit zo’n soepel meisje heeft gezien en dat mijn fletse jurkje me mooi staat (grotere complimenten kan je een slangenmeisje niet geven).

Het is er fijn, zo fijn dat ik dromen wil. Zo fijn dat ik erin wil verdwijnen. Ik heb er wel eens over nagedacht mezelf op te vouwen, zoveel dat ik verdwijn en onvindbaar ben. Ik vouw mezelf tweedubbel, driedubbel, vierdubbel, ontelbaar-dubbel en dan ben ik weg. Weg in mijn dromen, waar ik geleerd heb soepel te zijn. Weg zodat ik de wereld altijd op zijn kop kan zien en mijn gezicht kan opvrolijken met bloemetjes en bliksemschichtjes.
Maar ik ben bang dat mijn dromen in werkelijkheid geen droomwerelden zijn, slechts een treurige werkelijkheid ingekleurd met rood-witte strepen.

In het circus van mijn dromen ben ik nooit bang. Nooit, nee, echt nooit bang-

Oh en dit is de werkelijk prachtige tekening die ik hierbij maakte in de trein, en die kon ik jullie natuurlijk niet onthouden. 

Geen opmerkingen: